'Dank Hugo, voor de grandeur van uw werk'

 

 

Organisator Poëziezomer legt bloemen bij standbeeld Claus

WATOU , 21 maart 2008 - In het kunst- en poëziedorp Watou legden Gwy Mandelinck en zijn echtgenote Agnes Hondekeyn, organisatoren van de jaarlijkse Poëziezomers, samen met cultuurschepen Marleen Baelde (CD&V) gistermiddag een groot bloemstuk neer bij het monument van Hugo Claus.

In 1994 werd tijdens de Poëziezomer een hommage gebracht aan Hugo Claus. Hij kreeg er toen een soort standbeeld, waarbij zijn silhouet werd uitgebrand. In dat jaar was Claus de enige dichter die omringd was door 26beeldende kunstenaars. Claus koos de helft ervan uit; de rest werd door Mandelinck geselecteerd.

Het kunstwerk was van de hand van Roger Raveel en staat op het Watouplein, dat sindsdien werd omgetoverd tot Hugo Clausplein. Hetzelfde silhouet staat op de voordeur van het hotel-restaurant 'Een huis tussen dag en morgen' op het Clausplein.

'Het is meer dan logisch dat wij een paar grote, bloeiende ruikers witte rozen neerlegden bij het monument', zegt Gwy Mandelinck. Het monument is een typische Raveelcreatie naar aanleiding van de 65ste verjaardag van de dichter, op dit ogenblik het enige monument van Claus in België of waar ook ter wereld.

In intieme kring werd Claus bedankt voor de grandeur waarmee hij schreef. Ook zetten de bloemen de vriendschap die de directie van de Poëziezomers gedurende twintig jaar kreeg van Hugo Claus in de kijker.

De auteur ging ooit in zijn uitgesneden silhouet plaatsnemen. Het paste hem perfect. 'Hij was toen lijfelijk aanwezig. Nu blijft hij door de creatie van Raveel vele jaren herinneren aan zijn imponerende werken. Claus blijft voor ons binnen handbereik.'

Op het kaartje tussen de rozen stond: 'De zee is hoog, de wereld blauw. Nieuw leven groeit in mij. Dank Hugo, voor de grandeur van uw werk, en voor de vriendschap. Vanwege de Poëziezomers.'

Mandelinck herinnert zich dat Claus ooit zijn schrijversvakantie in de Provence onderbrak om in Watou foto's te laten nemen voor de aankondiging van de Poëziezomer. 'Hij was bij de allereerste contacten nogal afstandelijk, maar vanaf de tweede ontmoeting was hij de minzaamheid zelve', zegt echtgenote Agnes Hondekeyn.

Claus was twintig jaar lang elke Poëziezomer aanwezig in Watou en las telkens zijn werken voor tijdens de Codadag begin september, de afsluiter van de Zomer.