Kunst | Onze schilderijen | Gedichten | Biënnale Venetie | Documenta Kassel | Links |
Willie Verhegghe
|
|
Willie Verhegghe
werd op Gedichtendag 2004 aangesteld als
Stadsdichter van Ninove
omwille van de kwaliteit van zijn
verschenen werk, zijn sociaal engagement
en zijn uitstraling binnen de wereld van
dichters en schrijvers. Verhegghe
publiceerde reeds een vijfentwintigtal
dichtbundels waarvan drie over en ten bate
van mentaal gehandicapten, twee met
anti-oorlogspoëzie en een over de
mijnramp van Marcinelle. Boek met verzamelde gedichten (1967 - 2007): Terug naar de Toekomst(uitgave www.poeziecentrum.be) |
|
Na een lucide moment Het
lichaam plooit zich naar een rust |
MAKKER
MONGOOL voor
Dirk V.D.S. De kleine dikke hand die hij me drukt komt zó
uit zijn groot hart en in zijn verzonken oogjes brandt een licht dat aan een trouwe zaklamp denken doet. Naar
het volk van Djengis Chan werd hij
genoemd, maar zijn rijk is klein en niet
van onze wereld; het
geven van bevelen is hem vreemd, daarvoor is het te dikwijls kermis in zijn hoofd. Hem helemaal begrijpen doen we niet, zijn
kennis werd in stille eenvoud en zonder hulp van boeken opgevuld. Hij studeerde simpelweg voor mens. Doctor
Honoris Causa Humana.
Een
klopje op zijn goeie rug maakt hem nog kleiner dan hij is: echte vriendschap doet soms krimpen, zéker in
een wereld waarin ieder voor
zichzelf versterkte burchten bouwt. |
Hieronder twee gedichten over de mijnramp in Marcinelle
|
|
We zijn vergeten We
zijn vergeten dat zij de glans van
hun ogen in de hel hebben gelaten, dat
hun huid zwart en hard als steenkool werd,
dat ze diep onder ons als kinderen hebben geweend, hun
nagels in wurgende wanden tot tekens van bloed en zekere dood hebben stuk gekrast. We
zijn vergeten dat hun moeders en vrouwen en kinderen als bloemen in een storm werden
geknakt, dat hun lippen beefden, het hoofd tussen de handen om zoveel gemis. We
kennen hun namen niet meer, we gaan voorbij aan been en stof waaruit voor ons vlees de warmte groeide. Schamen moeten we ons, om zoveel leegte in ons opgeblazen hoofd, om zoveel vergeten in
een tijd waarin alles met machines voor de toekomst koel en veilig wordt bewaard. We
zijn hen vergeten, godverdomme.
|
|